Talenti a Casa is een innovatieve multi-disciplinaire praktijk waar je terecht kunt met
ontwikkelings-, leer-, gedrags- en opvoedingsvragen.
We spelen in op de talenten en sterktes van iedereen die bij ons komt.
ontwikkelings-, leer-, gedrags- en opvoedingsvragen.
We spelen in op de talenten en sterktes van iedereen die bij ons komt.
ZoekenAls je je zorgen maakt om je kind en daarbij op zoek bent naar wat er precies minder goed loopt, kan een diagnostisch onderzoek
hulp bieden. In het eerste gesprek (intakegesprek) wordt samen met u het probleem verkend. We trachten zoveel mogelijk informatie te verzamelen (zoals functioneren kind op alle gebieden (thuis, school, vrije tijd), hulpverleningsgeschiedenis) om een idee te krijgen welke onderzoeken zinvol kunnen zijn in de zoektocht naar mogelijke onderliggende problemen bij uw kind. Volgend op een diagnostisch onderzoek vindt een adviesgesprek plaats waarin de belangrijkste bevindingen met u als ouder worden besproken en wordt er gekeken hoe uw kind het beste kan geholpen worden (bijv. ouderbegeleiding, individuele psychologische begeleiding, logopedische begeleiding, psychomotorische ondersteuning, doorverwijzing voor kinderpsychiatrisch consult voor het verkrijgen van een diagnose). Afhankelijk van de leeftijd kan het kind of de jongere bij dit gesprek aanwezig zijn of apart uitgenodigd worden. Een psychodiagnostisch onderzoek wordt uitgevoerd in drie tot vijf sessies van minimaal 1 uur en maximaal 2 uur. Bij jongere kinderen wordt er bijv. gekozen om meerdere sessies van 1 uur in te plannen omdat hun concentratievermogen vaak nog beperkt is. De psycholoog maakt gebruik van testen waarmee de intelligentie van uw kind kan worden nagegaan en/of testen die aandachtsproblemen, ontwikkelingsstoornissen zoals autisme, angstproblemen, enz. aan het licht kunnen brengen. Verder kan de psycholoog via allerhande taken, tekenen en vragenlijsten onderzoeken wat de sociaal-emotionele of persoonlijkheidsontwikkeling is van uw kind. Observatie van het kind vormt eveneens een belangrijk onderdeel: hoe gaat het kind met de situatie om, wordt het snel afgeleid of kan het juist goed doorwerken, beleeft het kind plezier aan wat het kan? Hoe maakt het kind contact en wat kan het zelf vertellen? Welke onderzoeken zullen plaatsvinden hangt af van de hulpvraag en van de gegevens uit het intakegesprek. De testen bij een psychodiagnostisch onderzoek worden m.a.w. steeds individueel uitgekozen om een antwoord te krijgen op uw vragen en/of bezorgdheden. U kunt bij ons terecht voor een psychodiagnostisch onderzoek van: -algemeen functioneren (intelligentie) - aandachts- en concentratieproblemen - gedragsproblemen - autisme en autisme spectrum stoornissen - aanpassingsproblemen - angstproblemen waaronder ook faalangst - verwerkingsproblemen - depressie Er wordt een verslag opgemaakt met een samenvatting van het onderzoek. Het doel hiervan is om beter te begrijpen wat maakt dat een kind probleemgedrag stelt zodat duidelijk wordt op welke manier het kind of de jongere, alsook zijn ouders/verzorgers het beste verder kunnen geholpen worden. Volgend op een diagnostisch onderzoek vindt daarom een adviesgesprek plaats waarin de belangrijkste bevindingen met u als ouder worden besproken en wordt er gekeken hoe uw kind het beste kan geholpen worden (bijv. ouderbegeleiding, individuele psychologische begeleiding, logopedische begeleiding, psychomotorische ondersteuning, doorverwijzing voor kinderpsychiatrisch consult voor het verkrijgen van een diagnose). Afhankelijk van de leeftijd kan het kind of de jongere bij dit gesprek aanwezig zijn of apart uitgenodigd worden. Na afloop van het diagnostisch onderzoek en indien er begeleiding nodig en gewenst is, worden concrete afspraken van begeleiding/behandeling gemaakt. In sommige gevallen is een diagnostisch onderzoek niet noodzakelijk, bijv. wanneer het kind reeds elders uitgebreid getest werd of wanneer de hulpvraag zeer duidelijk is. Er wordt dan binnen het team beslist wat wij kunnen aanbieden en er wordt zo snel mogelijk van start gegaan met begeleiding. Opmerking: voor een psychodiagnostisch onderzoek wordt vooraf een offerte gemaakt, rekening houdend met de duur van het onderzoek, de kosten van verwerking en rapportering. |
VoelenDe psychologe kan hulp bieden voor verschillende soorten problemen.
Meestal wordt er met het kind alleen gewerkt, maar er kan ook voor gekozen worden om met u als ouder aan de slag te gaan. Mogelijk wordt er gekozen voor een combinatie ouder- en kindtherapie. Welke vorm de therapie zal aannemen hangt grotendeels af van de problematiek van het kind/gezin. Gedragsproblemen: kinderen en jongeren die lastig zijn, agressief en opstandig gedrag vertonen, driftbuien hebben als ze hun zin niet krijgen, andere kinderen pesten en uitstoten of liegen en stelen. 1. Aandachts- en concentratieproblemen: kinderen die vergeetachtig zijn, snel afgeleid raken, met vanalles tegelijk bezig zijn. Maar ook kinderen die impulsief handelen (beurt niet kunnen afwachten, doen voor het denken) en die overbeweeglijk zijn. 2. Emotionele problemen: kinderen en jongeren die zich depressief voelen, suïcidegedachten hebben, angstig zijn, lichamelijke klachten hebben zoals hoofdpijn en buikpijn zonder aanwijsbare lichamelijke oorzaken. 3. Interactieproblemen: kinderen en jongeren die verlegen zijn, faalangst hebben, weinig contact met leeftijdsgenoten hebben, vereenzaamd zijn. 4. Problemen binnen het gezin: binnen de ouder-kind emotionele hechting, ouder-kind (opvoedings)relatie, kinderen en jongeren die te maken hebben met moeilijke situaties als echtscheiding van de ouders of het verlies van een dierbaar persoon. 5. Ontwikkelingsproblemen: zoals autisme en andere contactstoornissen. |
SpelenWeet je niet altijd hoe je moet reageren als iemand bijvoorbeeld boos op je is?
Durf je geen nee te zeggen uit schrik voor de reactie? Heb je meer ruzie dan je zou willen en weet je niet zo goed hoe dit komt? Is het soms moeilijk om vriendjes te houden? Kan je niet goed zeggen wat je denkt of voelt? En toon je dit vooral door boos te worden? Is het soms wat moeilijk om je aan de spelregels te houden? Begrijp je niet altijd waarom andere kindjes bijvoorbeeld verdriet hebben? Is dit herkenbaar? Dan is de sociale vaardigheidstraining misschien iets wat je kan helpen. Sociale vaardigheidstraining Van kinderen en jongeren wordt verwacht dat ze kunnen functioneren in groep. Ze moeten over de nodige vaardigheden, gewoontes en kennis beschikken om deel te nemen aan activiteiten in groepsverband. Ze moeten zich kunnen verplaatsen in de gedachten en gevoelens van anderen om mee te kunnen spelen met hun leeftijdgenoten. Kinderen/jongeren die niet over deze vaardigheden beschikken raken geïsoleerd omdat ze geen aansluiting vinden bij leeftijdgenootjes. Doordat ze niet opgewassen zijn tegen de eisen die het dagelijkse leven stelt worden ze vaak met afwijzing geconfronteerd. Heeft een kind op jonge leeftijd al problemen in zijn contacten met leeftijdgenoten, dan is het zinvol daar tijdig iets aan te doen. Hoe jonger je begint, hoe minder de verkeerde gedragspatronen, gedachten en verdedigingsmechanismen zich kunnen vastzetten. De sociale vaardigheidstraining is geschikt voor lagere schoolkinderen die problemen hebben in hun sociaal functioneren. Er wordt immers gewerkt rond het aanleren en versterken van sociale en assertieve basisvaardigheden. Dit programma is geschikt voor: - kinderen die verlegen en teruggetrokken zijn, zich niet durven uiten of niet durven laten zien - kinderen met een negatief zelfbeeld, laag gevoel van eigenwaarde of weinig zelfvertrouwen - kinderen die moeilijk kunnen omgaan met grenzen, zich moeilijk aan spelregels kunnen houden of in een spel erg zelfbepalend zijn - kinderen met speciale problemen in de sociale omgang: - gepest worden of zelf pesten - angst om vragen te stellen - oogcontact vermijden en zacht praten - weinig initiatief nemen - weinig assertief zijn - moeilijk vrienden maken en/of behouden - moeilijk kunnen omgaan met conflicten en afwijzing - kinderen met ADHD, NLD alsook milde vormen van contact-stoornissen (ASS) - kinderen met een sociaal-emotionele ontwikkelingsachterstand. Hoe gaan we te werk? Op een speelse maar intensieve manier komen diverse thema’s aan bod. Aan de hand van invulblaadjes, spelletjes, rollenspelen,… worden de kinderen aangezet om na te denken over zichzelf en hun gedrag. Alternatieven worden aangereikt en er wordt mee geoefend zodat de kinderen ermee vertrouwd geraken. |
SprekenAfwijkende mondgewoonten
Slikt je kind nog met de tong tegen de onderlip? Ademt je kind door de mond en staat zijn mondje vaak open? Duimt het kind nog op de leeftijd van 5-6 jaar? Staan de tanden van je kind in gesloten positie toch in een boogje open? Merk je vaak nog contact tussen onderlip en tong op de leeftijd van 4-5 jaar? Slaapt je kind met mondademing? De logopediste helpt je kind om goede mondgewoonten aan te leren. Een accurate lipsluiting, neusademen en tongspanning helpen bij de vorming van harmonische gelaatstrekken en correcte tandenstand. Spraak -en taalvertraging Je kleuter begint erg laat met praten en je hebt de indruk dat hij er op zijn eentje moeilijk mee vordert. Je merkt een kloof tussen de communicatieve behoefte van je kind en wat zijn spraak-en taalontwikkelingsniveau hem daarin toelaat. Je kind wijst opvallend vaak dingen aan om iets van je gedaan te krijgen. Op de leeftijd van 3 jaar zijn er nog geen zinnetjes van 3 - 4 woorden te bespeuren. De woordenschat blijft beperkt tot enkele woordjes en je maakt je zorgen. De logopedist(e) kijkt het spraak-en taalniveau van je kleuter na en geeft zo nodig taaltherapie. Ze begeleidt je in het taalstimuleren van je kind en bespreekt regelmatig de vorderingen. Zo nodig wordt er interdisciplinair gewerkt. |
LerenLukt het niet je huiswerk goed te plannen of heb je het leren nog niet goed genoeg onder de knie?
Loert faalangst om de hoek? Heb je de moed wat verloren om je zelfgekozen studierichting vol te houden? Vraag je je af of je er nog op je plaats zit? Vind je studeren vreselijk? Twijfel je aan je eigen kunnen? Gaat het moeilijk met lezen en schrijven? Is leren voor jou een (te) lastige klus? Zie je de toekomst alsmaar somberder in? Ons team staat klaar om je op je studieweg te begeleiden. Ze zoeken uit hoe leren voor jou weer leuker kan worden. Je eerste succeservaringen brengen je studiemotivatie geleidelijk weer terug. Lezen, spellen, schrijven, plannen, memoriseren, integreren, implementeren... wat aandacht krijgt, gaat groeien. In plaats van tegen leerproblemen aan te kijken, werken we aan leermogelijkheden en zoeken we naar leer-oplossingen. Leerstoornissen 1. Dyslexie Ondervind je ‘ernstige en hardnekkige’ problemen bij de automatisering van het lezen en/of spelling? Heb je, ook met extra hulp, moeite met foutloos en vlot leren lezen en spellen? Heb je last met het leren lezen en spellen in de moderne vreemde talen, zoals Engels en Frans? Dyslexie is onafhankelijk van intelligentie en komt voor bij normale en zelfs hoge intelligentie. Kinderen met dyslexie blijven wat betreft schoolprestaties ver achter bij het gemiddelde niveau. Hun prestaties zijn, ondanks inzet en ijver, niet in overeenstemming met hun vaak goede verstandelijke capaciteiten, met alle gevolgen van dien in de persoonlijke, gezins- en maatschappelijke sfeer. Over de oorzaken van dyslexie is wetenschappelijk geen eenduidigheid. In grote lijnen zijn wetenschappers het meestal wel eens over de volgende factoren: - (snelheid van) fonologische verwerking - oproepbaarheid van de taalkennis - problemen met de informatieverwerking, vooral als daarbij een hoog tempo gevergd wordt - moeite om letters (visuele code) snel om te zetten in klanken (auditieve code). De oorzaak van deze problemen ligt vooral aan de kant van de auditieve code. Mensen met dyslexie hebben meestal problemen met de snelle verwerking daarvan. De lees- en spellingproblemen die het gevolg zijn van dyslexie zijn in de praktijk behandelbaar. Dat wil zeggen dat verreweg de meeste dyslectici kunnen komen tot een aanvaardbaar niveau van geletterdheid, een niveau waarmee zij zich staande kunnen houden in deze maatschappij. Het is daarbij van groot belang dat de handicap zo vroeg mogelijk wordt onderkend. Bovendien moet de behandelmethode zoveel mogelijk afgestemd worden op de individuele situatie. 2. Dyscalculie Heb je moeite met tellen? Valt het je zwaar om de basis te begrijpen van de rekenkunde, zoals breuken, waarde van getallen, verbanden tussen getallen? Is het inzicht in schatten en hoofdrekenen er niet? Is ook volgorde in opsommingen een moeilijke klus zoals recepten lezen en klokkijken? Is het interpreteren van codes, patronen (muzieknoten), talen erg moeilijk? Is je ruimtelijke oriëntatie en ruimtelijk inzicht zwak? Zoals bijv. interpreteren van kaarten, tabellen en metingen? Dyscalculie is een rekenstoornis die dikwijls samengaat met nog een aantal andere beperkingen, zoals ruimtelijk inzicht, klokkijken, slechter geheugen, spellingsproblemen, gebrek aan inzicht. Er zijn aanwijzingen dat het een aangeboren erfelijke stoornis is, met een neurologische achtergrond. Ons team bekijkt hoe je het best kan geholpen worden.Indien nodig wordt individueel gewerkt. |