Carol Dweck heeft jaren onderzoek gedaan naar zelfbeeld en motivatie bij prestaties. Ze toonde overtuigend aan dat de manier waarop mensen - ook kinderen- reageren op een moeilijke taak, wordt bepaald door hun mindset. Dit is de manier waarop je denkt over, ind it geval, intelligentie. Ook ontdekte ze dat deze mindset wordt veroorzaakt door de manier waarop leerkrachten, ouders en opvoeders omgaan met kinderen. Dit heeft al invloed op heel jonge leeftijd. Ze heeft deze theorie uitgelegd in het boek Mindset. Waarom zijn kinderen als dan niet succesvol in hun prestaties? En hoe kun je motivatieproblemen en faalangst buiten de deur houden?
Er bestaan twee type mindsets; de vastliggende mindset (fixed mindset) en de groeimindset (growth mindset). Deze mindsets kijken op een verschillende manier tegen intelligentie en kwaliteiten aan. Ze hebben vervolgens elk een andere uitwerking op het leveren van prestaties.
1. Vastliggende mindset
Iemand met deze mindset beschouwt zijn intelligentie en kwaliteiten als een vaststaand feit. Een beetje het geval: 'ik ben een dubbeltje en word nooit een kwartje'. Een slim kind met deze mindset, zal prestaties doen enkel en alleen om te bewijzen dat hij inderdaad zo slim is. Niet omdat hij graag wil leren. Hij zal daardoor moeilijke taken niet zo snel aanpakken, omdat die weleens zouden kunnen mislukken. En dat zou bewijzen dat hij toch niet zo'n slimmerd is. Hij pakt dus liever een makkelijke taak die hij goed kan volbrengen. Sterker nog: het idee dat hij hard zou moeten werken voor een moeilijke taak, dat hij het niet in één keer zou kunnen, betekent als een mislukking voor hem. Liever vermijdt hij zo'n taak daarom. Dan kan hij niet door de mand vallen. Zie je het woord faalangst al verschijnen?
Je ontwikkelt deze mindset door veel kritiek of complimenten te krijgen over je zijn: 'Wat goed van je, je bent een slimmerd!' of 'Bart is echt de slimste van de klas.' Of over je prestaties, zoals: 'Heel goed gedaan!' terwijl je er weinig moeite voor had gedaan. Hoogbegaafde kinderen hebben vaker een fixed mindset dan gemiddeld intelligente kinderen. Zij krijgen vaker te horen dat ze slim zijn, of merken dat gewoon in hun dagelijkse doen. Het is een 'sluipmoordenaar' voor hun prestaties want de faalangst kan hun potentie en talenten behoorlijk lam leggen.
2. Op groei gerichte mindset
Iemand met een groeimindset denkt over intelligentie als iets wat je kunt ontwikkelen. Zijn idee: als je ergens moeite voor doet, dan kun je daar slimmer, wijzer, sneller van worden. Deze mensen hebben daardoor veel plezier in het aanpakken van moeilijke taken en geven aan te leren van hun fouten. Ze kunnen goed omgaan met kritiek en complimenten en leren daarvan. Een groei mindset ontwikkel je door kritiek of complimenten te krijgen over het proces; 'Je hebt je lang kunnen concentreren bij deze taak. Hoe is je dat gelukt?'. Of over de geleverde inzet : 'Wat heb jij hard gewerkt! Je mag trots zijn op je inzet'. Ook is het belangrijk dat je telkens gewezen wordt op het feit dat je intelligentie niet belangrijk is, maar op je inzet en het plezier om iets nieuws te leren.
Mensen geven onzekere kinderen graag veel positieve feedback. Dat lijkt ze meer zelfvertrouwen te geven. Maar zinnen als 'Je kan het, want jij bent toch slim' zullen volgens Dweck niet het gewenste resultaat bereiken. Sterker nog, zij stelt dat ze schadelijk zijn voor het zelfvertrouwen en verminderen de kans op succes bij het kind. Gelukkig zou je met een andere soort feedback de kinderen wel kunnen helpen zich te ontwikkelen tot succesvolle doorzetters.
Tips voor een groeimindset
Geef telkens aan hoe belangrijk inspanning is om iets te bereiken. Dit doe je door het leerproces te bespreken, niet het resultaat. Laat een leerling zien hoe hij vooruit gaat door zijn inspanning. Maak dit eventueel visueel. 'Eerst las je deze tekst in 3 minuten. Je hebt hem nu drie keer geoefend. Je leest de tekst nu in 2 minuten. Heeft het oefenen geholpen, denk je?'
Daag een leerling met een vastliggende mindset uit om risico's te nemen. Zeg erbij dat het resultaat of netheid van het werk niet belangrijk is, maar dat het gaat om durven aangaan van de moeilijke taak. Prijs hem ook alleen om die inzet.
Leer een kind om met zichzelf te 'evalueren'. Als een kind een goede inspanning heeft gedaan, laat het kind dan ervaren wat het resultaat is. Een positieve ervaring kan vervolgens gebruikt worden om in de toekomst aan te refereren. 'Weet je nog dat dat je veel geoefend had met lezen? Je ging toen flink vooruit. Door te oefenen kun je jezelf met rekenen ook verbeteren.
Geef weinig beloningen. Geef alleen een beloning bij gedrag of inzet dat je nog niet eerder beloond hebt. Ditzelfde geldt voor complimenten. Belangrijker is dat je een kind intrinsieke beloning van een taak leert zien. Dus niet: 'Ik ben trots op je' maar: 'Je mag trots op jezelf zijn!'
Zet in op aanleren van vaardigheden. Leg hier de nadruk op en geef minder aandacht aan de prestaties. Dit klinkt misschien eng maar de prestaties zullen vanzelf meegroeien met de inzet van de leerling.
Geef voorbeelden van bekende mensen die topprestaties leveren. Lionel Messi was niet van de ene op de andere dag topvoetballer. Hij heeft jarenlang keihard getraind om de beste voetballer te worden. Thomas Edison heeft niet in zijn eentje in een donkere nacht de gloeilamp uitgevonden. Hij deed daar tientallen jaren over, samen met een team van 25 personen. Zo krijgt een kind een realistisch beeld van (top)prestaties; pas als je ergens hard voor werkt kun je iets (meer) bereiken. En dan heb je er daar ook nog plezier in!
Neem je eigen mindset onder de loep. Dweck: 'Veel ouders, opvoeders en leraren geloven in ontwikkeling van intelligentie en kracht en ze zijn gefascineerd door het (leer)proces bij kinderen'. Denk jij las ouder of leerkracht dat je niet meer hoeft te leren? Of leer je elke dag van je kind of je leerling en gebruik jij die dagelijke inzichten om jezelf te ontwikkelen?
Wat zou jij doen?
Denk nog eens aan het voorbeeld over het cijfer 9 van de leerling in de eerste alinea. Welke reactie zou deze leerling wel kunnen helpen? Denk bijvoorbeeld eens over de volgende manier van reageren: 'Wat jammer voor je. je hebt een negen maar je hebt niets nieuws opgestoken'. Wat zou jij zeggen?
Er is veel geschreven over deze mindsets. Wil jij er meer over weten? Je kunt natuurlijk het boek van Dweck gaan lezen ....